Nederlands Kamerkoor o.l.v. Huang Ruo, m.m.v. Muziektheater Transparant; HERMESensemble; Needcompany. Programma: Between two lights. Gehoord: 22 mei 2025 Muziekgebouw aan ’t IJ. Door Michael Klier
Je gaat naar een concert en je komt terecht in een podiumdiscussie over het sterven.
Als de toeschouwers de zaal binnenstromen zitten de 16 zangers van het Nederlands Kamerkoor informeel op het podium. Grace Ellen Barkey van de Brusselse Needcompany stelt hen vragen over de dood. Ook componist en dirigent Huang Ruo vertelt: hoe zijn moeder 3 jaar geleden overleed en hij terugkeerde naar China. Hij raakte gefascineerd door de manier waarop men in zijn geboorteland naar het sterven kijkt: als een moment van leegte én als een overgang. Even later laat hij ons horen hoe hij bij de begrafenis de aangrijpende worden riep: O moedertje, kom terug!

Overpeinzingen over de dood
Daarna zien we video’s met fragmenten uit interviews met een oude arts, 2 vrouwen uit Iran en Ivoorkust en een jongen. Ze delen nu en ook nog later tijdens de voorstelling hun totaal verschillende gedachten over het wonder van het leven en het loslaten ervan. De regisseurs Aïda Gabriëls en Tido Visser (tevens artistiek directeur van het koor) hebben hun best gedaan om Ruo’s werk voor koor, percussie en danser in goede banen te leiden. Ze durven ons maar heel voorzichtig bloot te stellen aan hun enscenering over de dood.

Tibetaans boeddhisme
Daarna pas begint de compositie Between Two Lights. Het is een concertante klanklandschap opgebouwd uit 6 delen, die de overgangsstadia (bardo’s) tussen leven en dood in het Tibetaans boeddhisme beschrijven. Het begint met geboorte en leven en via droom, meditatie, sterven, hogere werkelijkheid eindigt het bij de wedergeboorte. Voor dit laatste deel heeft Ruo zijn eigen tekst gebruikt die begint met O moedertje.

Performance
Barkey is in deze duistere performance ceremoniemeester, podiumhulp, troostmeisje en danseres in één. Ze zit tussen de zangers, raakt ze aan en helpt hen zich zingend door de ruimte te bewegen. Ruo’s eenvoudige muziek werkt als een muzikale mantra: het koor zingt soms begeleid door twee percussionisten van het HERMESensemble steeds langzaam opstijgende en vallende lijnen. In het begin onderstrepen herhalingen het rituele karakter van de muziek en laten deze voelbaar worden. Pas in deel 3 stijgen ook solostemmen uit de koorklank op.

Installatie
Na het derde deel verschuivt Barkey de projectiewanden en panelen. Het koor is nu niet meer te zien. Ook van de videobeelden is op de ondertitelingen na niets meer te herkennen. Het publiek zit in het donker en voelt zich uit het leven gerukt. De harmonieuze zang resoneert in de donkere ruimte, versterkt door alleen stilte. Op dit moment lijkt het concert meer op een rituele installatie dan op muziektheater.
Maar in deel 5 zakken roodgekleurde TL buizen van het plafond naar beneden en komt het koor weer in beweging. Ruo beklimt een voetstuk waaromheen de zangers zich scharen en de muziek wordt opzwepender. Barkey verleidt de zangers tot dansen en de voorstelling wordt steeds meer extatisch. Op het hoogtepunt begint Ruo uit volle borst mee te zingen. Het is opnieuw de tekst van zijn moeders begrafenis.

Between two lights slaat een brug tussen de Aziatische en westerse cultuur. Daarnaast belicht het wonderbaarlijk intens de ruimtes tussen leven en dood.
Foto’s: Koen Broos
De recensie verschijnt ook op https://denieuwemuze.nl/category/recensies/