Afgelopen zaterdagavond ging ik naar een concert van TheDutchBrewhouse geprogrammeerd door Amare in de Nieuwe Kerk, Den Haag. Op het programma met de titel CLIMATE JUSTICE IN SEASONS stonden de beroemde Vier jaargetijden (1723) van Vivaldi en twee nieuwe composities, dit jaar special voor de violiste Lonneke van Straalen geschreven: Fata morgana van Anne-Maartje Lemereis en Seize van Trevor Gahl over de seizoenen van nu.
‘De seizoenen zoals Vivaldi ze driehonderd jaar geleden kende zijn veranderd. Het is aan ons als kunstenaars om de huidige tijdgeest te ademen en mensen hoop en inspiratie te bieden.’ verduidelijkt Van Straalen haar keuze. Het ambitieuze programma werd zonder onderbrekingen uitgevoerd met strijkkwintet i.p.v. een strijkorkest waarbij een elektrische gitaar het traditionele klavecimbel verving.
Ik had als liefhebber van hedendaagse composities hoge verwachtingen van en echt zin in een avontuurlijk concert. Bovendien had ik alleen maar lovende recensies gelezen over haar in 2017 opgerichte collectief Pynarello en kende ik het Aurora Orchestra, waar zij ook in speelt. Wat kon er misgaan?
Het concert begon met Interlude van Lemereis, een improvisatieachtig speels stuk waarin gitaar en strijkers een geweldige cross-over sfeer neerzetten: Vivaldi 2.0. Gitarist Gijs Idema liet betoverende klanken horen waarover Van Straalens fijn gevormde vioollijnen zich ontspannen ontvouwden.
Daarna nam de soliste kort het woord. Ze was, vertelde ze, (net als ik) voor het eerst in de Nieuwe Kerk en had (net als ik) veel zin in dit concert. Ze wil met dit project haar steentje bijdragen aan de actuele klimaat discussie. Helaas was ze de programmaboekjes thuis vergeten. Maar niet geklaagd: wij, het publiek konden alle informatie op haar website vinden en die vanzelfsprekend ook al tijdens het concert raadplegen. En terloops vermeldde ze dat de drie composities door elkaar waren gehusseld.
Het concert was intrigerend. Ik was vooral gekomen om een recensie te schrijven over de twee nieuwe composities, maar de 4 delen van Fata Morgana en de 3 delen van Seize zaten zo versnipperd tussen de 12 delen van de 4 concerten van Vivaldi door, dat ik niet kon thuisbrengen welk stuk bij welke hedendaagse componist hoorde. Daarnaast had de gitaar een kleinere rol dan verwacht en Van Straalen overkwamen steeds weer kleinere onzuiverheden.
Maar het meest teleurgesteld was ik over de manier waarop de drie afzonderlijke composities aan elkaar gebreid waren als ware het een pot uitwisselbare muziek. Het kwam de verschillende composities niet ten goede. Tegelijkertijd waren de 70 minuten die het concert zonder pauze duurde in een mum van tijd voorbij.
Vanochtend heb ik beide componisten gemaild en kreeg de volgende uitleg van de componiste Lemereis terug met wat zij voor ogen had:
“In Fata Morgana volg ik de 4 seizoenen en geef ik hen elk hun eigen karakter mee, maar laat ik nog 2 andere factoren een rol spelen: constante dreiging én constante verwondering. De dreiging zit in de klimaatverandering, die ik al mijn hele leven om me heen ervaar en waarvan ik de zorgen ook al om me heen hoor en zie zolang als ik leef. De verwondering zit hem in de enorme schoonheid van onze planeet. Mijn stuk begint met de herfst (het allereerste stuk dat er klinkt in het concert) en ontwikkelt dan via een uitgestrekte winter naar de 2 kerndelen: Silent Gardens (lente) en Fata Morgana (zomer).”
Ondanks alle kritiek heb ik waardering voor dit experiment. Niet geschoten is immers altijd mis.