Pichet Klunchun Dance Company. Programma: Cyber Subin (Europese première) Gezien: 11 juni 2025 Muziekgebouw aan ’t IJ. Door Michael Klier
Steeds meer mensen gebruiken AI. Iedereen heeft het erover. En nu opende gisteren ook het Holland Festival (HF) met een voorstelling waarin waarschijnlijk voor het eerst echt traditionele dans werd gecombineerd met AI. Het voelde echter meer een als demonstratie van innovatieve techniek dan een verrijking van de traditionele dans.
Kunst laat ons voelen.
Het HF bestaat al sinds 1947. Gisteren opende festivaldirecteur Emily Ansenk de huidige editie met o.a. de volgende zinnen: “In een wereld die wordt geschokt door geweld, van Gaza tot zoveel andere plaatsen, voelen we verdriet, hulpeloosheid, verwarring. En toch komen we samen. Want juist nu doen de kunsten er het meest toe…” De op haar speech volgende openingsvoorstelling bood weinig troost. Maar de combinatie van traditionele Thaise dans en AI-technologie was wel verrassend. En het publiek kreeg de mogelijkheid om zelf bij te dragen aan de voorstelling.

Khon: traditionele Thaise dans
De Thaise choreograaf Pichet Klunchun bestudeert al meer dan twee decennia de traditionele Thaise gemaskerde dans, Khon. De Khon wordt al sinds de 14e eeuw uitgevoerd en werd in 2018 toegevoegd aan UNESCO’s lijst van Immaterieel Cultureel Erfgoed van de Mensheid.
De voorstelling begint met het zangerig reciteren van verzen uit de Ramayana, een nog ouder omvangrijk epos uit India. In het midden van het lege podium zit een van de dansers en beeldt de op het achterscherm geprojecteerde tekst met traditionele bewegingen uit. Zijn poses zijn tegelijkertijd achter hem als schaduwspel te bewonderen. Op dit moment waan je je in een Thaise tempel.

Pichet Klunchun Dance Company
In een poging om deze eeuwenoude dansvorm te herinterpreteren combineert Klunchun de bewegingen van de Khon samen met MIT-wetenschapper Pat Pataranutaporn met de modernste technologie. De voorstelling Cyber Subin (cybernetische droom) werd in vier fasen ontwikkeld: het vastleggen van bewegingen, het codificeren volgens bewegingsprincipes (energie, snelheid, rotatie, veranderende relaties, as en kromming en uitgebreide lichaamsruimte), het ontwikkelen van een interface voor interactie met avatars, en het experimenteren met een gezamenlijke choreografie.

Laboratorium
Na de traditionele inleiding verandert de sfeer plotseling totaal: op de achtergrond is een computerscherm te zien met technische meetapparatuur. De vier dansers worden door een computerstem aangespoord om telkens sneller of langzamer te bewegen. Wat ze ook doen, het blijft nooit lang goed. Er komen steeds nieuwe commando’s. Als proefkonijnen of laboratoriumratten zijn ze overgeleverd aan een externe willekeur. Daarbij worden de dansers aangesproken met ‘Humans!’. Dit is meteen het meest surrealistische deel van de avond.

AI blijft ons verrassen
In een volgende fase treden de dansers samen op met hun avatars en reageren in realtime op AI-gestuurde impulsen. Het is soms tegelijkertijd virtuoos en lachwekkend hoe de mensen door AI tot haast onmogelijke acrobatiek worden uitgedaagd.
In een laatste fase geeft een van de dansers commando’s, zogenaamde prompts, om zo de avatars opnieuw te instrueren en nieuwe poses te genereren. Deze fascinerende interactie tussen mens en machine heeft niet meer veel met dans te maken.
Participatie chaos
De voorstelling kiept als daarna vrijwilligers uit het publiek de rol van instructeur mogen overnemen. De meeste van hun prompts blijken onuitvoerbaar. De chaos is compleet als de vriendelijke Thaise dansers tenslotte het publiek uitnodigen om mee te dansen.

Om op de woorden van Emily Ansenk terug te komen: we komen samen en juist nu doen de kunsten er meer dan ooit toe, maar van deze openingsdans had ik persoonlijk meer verwacht.
Foto’s: Lee Chia Yeh, Nattapol Meechart
De recensie verschijnt ook op https://denieuwemuze.nl/category/recensies/